Het gebeurt niet vaak dat je na het zien van een film meteen over de filmset kunt fietsen. In de Wagenaarstraat, vlakbij de Cinema, is het gemeentehuis nu weer gewoon het notarisgebouw, en het hoofdkwartier van de Nazi’s is weer gewoon het archiefgebouw, gelukkig maar.
Veel Middelburgers waren vorig jaar van dichtbij getuige van de filmopnames, ‘heel vreemd om die Nazivlag te zien wapperen’, en hebben gehoord en gelezen over de historische slag om de Schelde. Maar hoe heeft regisseur Matthijs van Heijningen jr. deze historie in beeld gebracht en hoe worden wij dit verhaal ingezogen? Mij viel op dat er vrij weinig sturende muziek werd gebruikt. En dat ieder zijn eigen taal sprak.
Als kijker hang je soms letterlijk met een klein lijntje aan de hoofdpersonages en leeft met hen mee. Dat maakt de grote slag weer wat kleiner, en menselijker. De jonge Engelse piloot, William, die zo graag mee wil vechten, maar van zijn vader, de hoofdofficier niet mag, want dan slaapt zijn moeder beter. Met een list bluft hij zich tóch de luchtmacht in. Even later zien we hem vliegen in een zweefvliegtuig, voortgetrokken door een ander vliegtuig, verbonden met een kabel, omringd door een zwerm vliegtuigen, op weg naar Berlijn, via Arnhem. Het toestel kraakt, piept, rammelt en lijkt zeer fragiel. Dan wordt de linkervleugel beschoten. Het vliegtuig stort neer en opeens zijn een paar jonge Britse jongens verdwaald op een voor hen onbekend Zeeuws eiland en begint hun kleine strijd, zoeken naar voedsel, een slaapplek, een boot, de weg, elkaar trouw blijven?
We maken kennis met de keurige dokter Visser, hij werkt voor de Duitsers en probeert zijn zoon en dochter veilig door de oorlog te loodsen. Op papier zou zo iemand ‘fout’ zijn, maar nu zien wij zijn angsten, we ontdekken dat zijn vrouw al stierf, en we zien hoe hij een wond van een Duitser heel keurig verzorgt. Nederig maar tevergeefs, probeert hij te onderhandelen over een milde straf voor zijn zoon, door wiens onbesuisde actie een paar soldaten verongelukten. Het zogenaamde motorische moment dat het verhaal in beweging brengt. Dirk fotografeert een groep Duitsers die zich hebben overgegeven. Éen van hen, een gekrenkte soldaat scheldt hem uit en vertrapt zijn camera. In een vlaag van woede gooit Dirk een steen door de vooruit van een jeep en raakt de bestuurder die de macht over zijn stuur verliest en een paar soldaten schept. Van het ene op het andere moment is de jongen een terrorist die door de Duitsers wordt gezocht.
De jonge Nederlandse Nazi-officier Marinus vecht tegen de Russen en belandt na verwondingen aan het Oostfront uiteindelijk op kantoor in Middelburg. Hij is daar getuige van dokter Visser’s smeekbede bij de Duitse Oberst Berghof en vertaalt wat dochter Teuntje tegen haar vader zegt. Hij komt in conflict met zijn meerderen wanneer zijn pogingen Dirk en Teuntje te helpen worden verijdeld, en degradeert tot soldaat. Hij wordt gedwongen een aantal verzetslieden, waaronder Dirk te fusilleren. Teuntje probeert haar broer te wreken en sluit zich aan bij het verzet. Zij belandt in een hachelijke situatie en wordt uiteindelijk door Marinus gered. Scenarioschrijfster Paula van der Oest verbindt hiermee op min of meer romantische wijze de hoofdpersonages met elkaar. Toeval, pech en gevoelens van morele plicht plaatsen de karakters voor dilemma’s. De menselijke intriges geven de geschiedenis zo een nuance die verder gaat dan een zwart-wit beeld van historische gebeurtenissen.
Indrukwekkend is de scène waarbij jonge Canadezen en Engelsen de Sloedam oplopen, zonder bescherming, terwijl de kijker al weet hoe aan de andere kant de Duitsers zich heel goed hebben ingegraven en klaar zitten met zwaarder geschut. Tijdens deze slag staat Marinus oog in oog met William en beiden laten hun geweer zakken. Toevallig hoorde ik een dag nadat ik deze film zag, Bob Dylan’s John Brown, waarin hij een vergelijkbare scène zingt. John Brown vertelt zijn moeder:
“Oh, and I thought when I was there, God, what am I doing here?
I’m a-tryin’ to kill somebody or die tryin’
But the thing that scared me most was when my enemy came close
And I saw that his face looked just like mine”
Oh! Lord! Just like mine!
Wie langs Arnemuiden richting Goes rijdt, ziet naast de A58 bij de Sloedam het monument geplaatst, ‘The Causeway‘.